Bertie Koussen

25 november 2021

In de kranten lezen wij vele artikelen over missies in Afghanistan en andere oorlogsgebieden. Je vraagt je af welke mensen er naar toe gaan?

Je leest ook over organisaties en groeperingen die tegen oorlog zijn en voor vrede staan. Er zijn ook groepen mensen die alles met de mantel der liefde willen bedekken. Welk soort mensen tref jij hierbij aan?

Natuurlijk tref je bij beide groeperingen uitzonderingen aan maar in de regel zie je heel duidelijke gelaats- en schedelkenmerken bij beide groepen van mensen. De helaas overleden leraar professor Paul Bouts heeft dit in zijn unieke lessen aan mijn leraar Rhené Emmerich zeer goed duidelijk gemaakt. Hij heeft het ook duidelijk beschreven in zijn unieke boekwerk “De Psychognomie”.

VOOROORPUNT BREED

Ik kijk als eerste naar de breedte van de afstand van vooroorpunt naar vooroorpunt. Jij vindt dit punt uiteraard vlak voor je oor daar waar de kaakkopje scharniert. Voorts kijk ik naar de breedte van de afstand van bovenoorpunt naar bovenoorpunt. Dit is gewoon de plek vlak boven je oor.

Zijn bovengenoemde breedtes groot dan heb je met iemand te maken die fysiek sterk en zeer ontplofbaar is. Door de aanwezigheid van deze ontplofbare energie kunnen deze mensen in de aanval gaan en zelfs fysiek geweld gebruiken.

VOOROORPUNT SMAL

Zijn voornoemde afstanden klein dan heb je te maken met iemand die minder fysieke weerstand heeft en die heel moeilijk of niet kan ontploffen. Dit zijn in principe de mensen die vaak als binnenvetters bekend staan of mensen die kunnen imploderen.

Laatstgenoemden hebben moeite met ontploffen of met fysieke en verbale agressie.

Hebben mensen met brede hoofden ook nog afstaande oren dan versterkt dit de ontplofbare energie.

Daarentegen verzwakken oren die plat tegen het hoofd aan liggen deze ontplofbare energie. Dus mensen met een smal hoofd en platliggende oren zijn zelden of nooit boos en gebruiken geen fysiek geweld.

KIN EN KAAKLIJN

Dan kijk ik naar de kin en de kaaklijn.

Is de kin breed en vierkant en de kaaklijn hoekig? Dit gegeven versterkt nogmaals de fysieke doe-kracht en zeer zeker de agressieve ontplofbare energie. Een spitse kin en een smalle kaaklijn vertellen dat de persoon te weinig lichamelijke kracht bezit zoals professor Bouts dat uitlegt. Hij noemt dit astenisch. Grieks voor zonder lichamelijke kracht.

 Dus personen met

  • brede hoofden
  • met afstaande oren
  • met een brede kin
  • hoekige kaaklijn

zijn in staat om snel in de aanval te gaan.

 Het omgekeerde is ook waar.

Dat zijn dus de mensen met

  • smalle hoofden
  • met platliggende
  • kleine smalle spitse kin en kaaklijn

KIJK VERDER NAAR DE NEUS

Is de neus stevig en hoekig of fijn en een wipneus? Heb jij wel eens een generaal met een wipneus gezien? Een stevige hoekige neus (haviksneus) vertelt dat de persoon een geweldige wilskracht heeft. Deze neus kent een geweldige drijfkracht.    

Is de neus fijn en een wipneus? Dat toont aan dat de wilskracht ondergeschikt is aan het gevoelsleven.

Maak nu eens zelf de optelsom op basis van de vorige gegevens.

BEKIJK NOGMAALS DE KIN

Springt de kin naar voor of zie jij een terugwijkende kin? Een naar voren springende kin wil actie en wil in de daadkracht gaan. Dit zijn de doeners ongeacht het samengaande risico van het doen.

Een goed voorbeeld is het profielbeeld van de beroemde formule 1 coureur Michael Schuhmacher. Hij bezit een lang gerekte en stevige brede kin. Hij kan inderdaad ook “rücksichtslos” zijn tegenstanders van de baan rijden.

Een terugwijkende kin betekent voorzichtigheid en een behoudend handelen. Deze mensen zullen eerst nadenken en dan pas in de doe kracht gaan.

Bij de eerder genoemde opsomming komt dus nu de stevige hoekige neus en de brede lange naar voren springende kin erbij.

Begrijp jij nu dat deze personen in staat zijn om ingezet te worden bij gevaarlijke missies waarbij strijd en oorlog alledaagse gebeurtenissen zijn?

Het is nu ook duidelijk dat de smalhoofdigen met platliggende oren, met een kleine spitse kin en kaaklijn die ook nog terugwijkt nimmer harde bikkels kunnen zijn.

 Zolang er mensen zijn zullen wij steeds te maken krijgen met beide groepen.